Het gaspedaal en de rem
Blog BUIK - Het gaspedaal en de rem
In mijn eerste 2 blogs over de benen en het bekken kun je lezen hoe de eerste twee ontwikkelingsfases zich ontvouwen.
Als pasgeboren baby draait alles om de innerlijke beleving met bijbehorende behoeftes, terwijl de volgende fase de buitenwereld onderzoekt. De daaropvolgende fase, waar deze blog over gaat, is gericht om de binnen- en de buitenwereld met elkaar te verbinden en jezelf als autonoom persoon daarin via taalontwikkeling te laten gelden.
De fase waarin onze persoonlijke WIL ontstaat en het RECHT tot handelen vanuit autonomie.
Deze ontwikkeling vindt plaats in het BUIK gebied.
Het kindje tussen de 1,5 en 4 jaar kan een uitspraak als “sla je broer niet” begrijpen en vervolgens proberen het concept vast te houden om agressieve impulsen in toom te houden. Maar is duwen hetzelfde als slaan?
Betekent nee echt nee?
Het kan zich de zin “de kachel is heet” herinneren en besluiten deze niet aan te raken. Hoe dicht kan het bij de kachel komen zonder zich te verbranden?
Nu het kind de natuurlijke, door de babytijd, opgelegde grenzen achter zich heeft gelaten, moet het de juiste grenzen verinnerlijken, het geen door verinnerlijking van taal geschiedt.
In deze fase kan het kind de ouders behoorlijk op de proef stellen wat het kind helpt de verbinding taal/handelen te maken.
Als ouder is het lastig als je kind volledig overstuur raakt wanneer het uit de blauwe beker wilt drinken terwijl jij een rode voor zet. In de hersenontwikkeling van deze leeftijd is deze gevoelsbeleving net zo intens als wanneer wij beslissen over leven en dood.
Het kindje vormt zijn/haar gevoelsbeleving en daaropvolgend handelen vanuit de wijze hoe een ouder hierop reageert.
En dan is dit maar een voorbeeld van een klein kaliber.
Een braaf kind was een rustig, gehoorzaam kind dat zijn ouders nooit van repliek diende. Het breken van de wil werd als een dienst beschouwd die men het voor zijn eigen best wil bewees, om het een nuttig lid van de samenleving te maken.
Soms wordt het van het niets wetende kind tot medeplichtige van een straf gemaakt. Mag het zelf zijn strafbankje in de gang klaarzetten om 5 minuten zijn zonden te overdenken, of moet het niet gemeende verontschuldigingen mompelen of ongewenste handjes geven aan vreemden.
Wanneer een kind veel bestraft wordt, tegengehouden, bekritiseerd of welke andere reden dan ook beperkt in zijn handelen, raakt de wil verzwakt en zijn/haar persoonlijke macht is ondermijnt. De beweging van het kind zal zich naar binnen richten, het vuur zal doven.
Als daarentegen zonder onderscheid en zonder respect voor de juiste grenzen te veel wordt toegegeven aan de wil van een kind, dan krijgt het een opgeblazen ego.
Omdat ze onmiddellijk resultaten verwachten, kan het hun aan de innerlijke discipline ontbreken die noodzakelijk is om de moeilijker taken uit te voeren doen ons een echt gevoel van waarde geven.
We groeien op om door anderen bepaald en beheerst te worden, of we dolen rond in een labyrint van onzekerheid zonder kaders en grenzen.
Zodra je beweging minder naar buiten toe is ontwikkeld kan het zijn dat je wat vaker op de rem trapt in het maken van keuzes, jezelf presenteren, het opeisen van je verlangen, jezelf fysiek activeren etc.
Ook ontstaat vaak ingehouden woede.
Wanneer je weinig kaders, ondersteuning en grenzen hebt gekregen kan het zijn dat je meer gas geeft. Je zoekt spanning op, je bent aanwezig, je drijft je zin door, er is veel rusteloosheid en agressiviteit.
In beide gevallen ben je niet vrij.
Waarin mag jij meer gas geven, en waarin mag je meer op de rem?
In hoeverre voel jij jouw daadkracht, of verwar je deze met wilskracht?
Zou je graag eens flink boos worden, of deze juist meer willen kaderen?
In welke beweging zou jij graag het omgekeerde willen onderzoeken, uitproberen en ervaren?
Deze kans krijg je in de training “doe wat je voelt, en voel wat je doet.”
Volgende keer zal ik mijn blog wijden aan het hart gebied.
Tot die tijd wens ik je veel innerlijk vuur!
Maud Offermans
Trainer Emotioneel lichaamswerk ®
3 maart 2018